Start > Meditaties > Kerst (December 2007)

Kerstmeditatie

                                  "Rijken en armen ontmoeten elkaar
                                   hun aller Maker is de Here"

                                                                    Spreuken 22:2

"Een heilzaam treffen"

In de regel leven ze in twee werelden: rijken en armen!

De rijken genieten hun Kerstdiners in goed verwarmde restaurants of thuis bij de open haard, samen met hun in stemmige kledij gestoken vrinden. Ze zijn in de regel een paar dagen vrij, nemen rust zo tegen het einde van het jaar en maken soms letterlijk, maar vaker figuurlijk de balans op van hun leven. De armen zijn moe van het vele en lange werken onder ongunstige omstandigheden, voelen zich permanent gammel wegens te weinig en te ongezond voedsel en drinkwater en rijgen de dagen en de jaren aaneen, zonder dat er enig onderscheid in zit. 

Gelukkig of ongelukkig kunnen overigens beiden zijn, want de omstandigheden scheppen wel noodzakelijke voorwaarden voor geluk, maar nooit voldoende.
Het was wel koud en donker in de Bommeler- en Tielerwaard, maar sommigen ontdekten ook elementaire waarden als medeleven, zorg en verantwoordelijkheid voor elkaar terug. En wellicht genoten ze voor het eerst echt van een beetje warmte of een kop koffie wat enkelingen via een noodaggregaat nog konden produceren...

En toen de televisie na 40 uren weer aanfloepte konden ze zich  iets beter voorstellen en inleven wat mensen elders vrijwel dagelijks lijden. Maar dat alles is van korte duur, want armen en rijken leven in verschillende werelden.

In Kerstnachtdiensten zien we Jan en alleman ter kerke gaan: rijk en arm wil er toch even bij zijn. In sommige kerken moet je zelfs entree-geld betalen, zo vol is het! Ooit in Parijs zag ik in de Notre Dame dronken clochards met flessen wijn in de hand achterin de kerk liggen, koorknaapjes wandelden ertussen en prezen opnamen aan die van eerdere Kerstnachtdiensten gemaakt waren - verkochten die ook daadwerkelijk tijdens de mis!! - en voorin liepen de rijke in galante kledij en schitterende kapsels uitgedoste upper-ten naar hun zitplaatsen. In één kerk, maar zij zagen elkaar niet. Na de dienst ging ook ieder weer snel zijns weegs (voor sommige clochards was dat een kartonnen doos over zich heen trekken en op een rooster gaan liggen bij 0 graden!). 

Er is een onoverbrugbare kloof tussen rijk en arm. Als ouders ben je soms oprecht bedroefd over de ontevredenheid van je kinderen die vanwege die kloof niet weten hoe het met hun leeftijdsgenoten elders er voor staat.
Maar denken we even verder moeten we eerlijk toegeven dat wijzelf verantwoordelijk zijn voor die ontstane kloof. En nog niet eens wij persoonlijk, maar wij als gemeenschap, als systeem, als radarwerk waarin wij gevangen zitten. Het bijzondere van de geboorte van Jezus is dat rijken en armen op Hem worden betrokken: arme herders, uitschot in die dagen, mochten zelfs niet als getuigen optreden in een rechtszaak vanwege hun slechte naam en exotische magiërs uit een ver land (wijzen of koningen noemen wij ze) die zelfs in het koninklijk paleis ontvangen worden, treffen elkaar rond de geboren Heiland der wereld.
Even later in de tempel staan er ook twee oude mensen om het Kind heen die de jonge ouders verbazingwekkende woorden zeggen. Rangen en standen vallen weg bij Jezus: hij spreekt met hoeren en tollenaars, maar ook een Romeinse legeroverste en een rijke jongeling ontmoeten Hem. Het Kind herinnert ons in Zijn verschijning en optreden aan onze Maker, onze Schepper, onze God. Wie zijn wij voor God? Niets meer en niets minder dan Zijn schepselen. Allen gelijkwaardig, met ieder zijn eigen problematiek.

Bij Hem vallen alle maskers af, elk rollenspel dat wij spelen in de samenleving.
Dit Kind herinnert ons eraan dat wij kinderen van God zijn, kinderen van één Vader. Wij zijn dat vergeten, we hebben onze Vader genegeerd, doodgezwegen en de rug toegekeerd. Daardoor zijn wij ook vreemden voor elkaar geworden en leeft ieder op zijn eigen eilandje, zonder brugverbinding naar elkaar.

Het Kind geeft ons aan elkaar terug, omdat het ons aan de Vader teruggeeft.
Beginpunt van die ontmoeting is de kribbe, waarin het Kind ligt. Wezenlijk ijkpunt van die ontmoeting is het kruis, waar Hij voor rijken en armen, groten en kleinen, de vervreemding van God in onze plaats verdroeg en uitdreef, waardoor de toegang tot de Vader geopend werd. Keerpunt van die ontmoeting is op Pasen waar de levende Here Jezus uit de diepste vorm van vervreemding, de dood, opstond. Trefpunt van die ontmoeting is de uitstorting van Zijn Geest die mensen bezield om de kloven tussen rijk en arm, land en natie, groot en klein, rang en stand te overbruggen. Eindpunt is het Rijk Gods, waarin allen rondom de troon Hem eendrachtig en eensgezind zullen grootmaken. 'Rijken en armen ontmoeten elkaar, hun aller Maker is de Here'!

Zullen we, ziende op Hét Kínd, daar nu al een begin mee maken?